SPAREN IN GARANTIEFONDS EEN NOODZAAK

In een jongste publicatie van de Centrale Bank van Suriname, CBvS, projecteert de instelling een economische groei van 2 tot 3 procent voor ons land. Geweldig dat men in zo korte tijd ineens in staat is een dergelijke ‘vooruitgang’(?) aan de samenleving te presenteren. Maar moeten we wel heel blij zijn met deze mededeling, hoe positief die ook klinkt. Hoe groot is de economische achteruitgang in dit land geweest sinds 2015 toen de crisis haar intrede deed. Volgens ons was die ruim 7 procent, dus is deze prognose niet om in hoerastemming te geraken. Er moet nog een lange weg bewandeld worden alvorens we van goed economisch herstel kunnen spreken. Voorlopig hebben we te maken met een reusachtig begrotingstekort, is men niet in staat de wisselkoersen te beheersen, heeft men wederom een aanvang gemaakt met de monetaire financiering en zijn er ernstige aanwijzingen dat men wederom de valutareserves aanspreekt om de vreemde harde munt aan banken te verstrekken met de bedoeling die vervolgens aan de verschillende wisselkantoren te overhandigen. Gewoon een omweg om valuta in het betalingsverkeer te brengen zonder daarvoor zelf verantwoordelijk gesteld te kunnen worden. Ook gaan er geruchten dat de huidige leiding van de moederbank, er niet vies voor is de monetaire reserves wederom aan te spreken op een soortgelijke wijze als toen Gillmore Hoefdraad in 2015 het nog voor het zeggen had op de Centrale Bank van Suriname en zes maanden voor de verkiezingen, elke maand 30 miljoen uit deze reserves vrijmaakte voor de lokale banken en zo de schijn opwierp geen deviezenvraagstuk te hebben. Nadat de NDP de verkiezingen in 2015 had gewonnen, kregen we de eerste domper en werd de eerste devaluatie door Hoefdraad bekendgemaakt. Daarna volgden al spoedig meerdere devaluaties en werden we uiteindelijk overgeleverd aan het mechanisme van vraag en aanbod dat de hoogte van de wisselkoersen bepaalt. Tot op heden staart men zich bij deze overheid blind op de deviezeninkomsten uit de aardolie- en goudsector die kunnen stijgen of dalen, omdat hier niet alleen vraag en aanbod de wereldmarktprijzen aangeven, maar ook economische verhoudingen en oorlogsdreigingen in wingebieden de prijzen zwaar kunnen beïnvloeden. Je als regering blind blijven staren op hoge aardolieprijzen per barrel en goede inkomsten, omdat de goudprijs per troy ounce hoog ligt, is en blijft kortzichtig. Deze extra inkomsten dienen niet aangesproken te worden voor nonsens projecten of deel uit gaan maken van je verkiezingspropaganda, omdat je toevallig toegang hebt tot deze middelen, maar ze dienen geparkeerd te worden in het al jaren besproken garantiefonds, waaruit je kan gaan putten wanneer er wederom sprake is van een economische neergang. Maar de NDP houdt niet van sparen, zij houdt slechts van geld bossen. En zo lang wij te maken hebben met ernstige deviezentekorten en we 1 dollar op straat zouden kunnen bemachtigen voor SRD 8.45, is er naar onze mening geen sprake van normalisering en mag de Centrale Bank zijn 2 tot 3 procent groei in de economie ter bewondering op zijn interne polit board vermelden, want de buitenwacht merkt tot nog toe niets van deze voorgekauwde vooruitgang. Negentien miljoen euro zit nog steeds vast in Nederland en ook komen er nog steeds geen chartale dollars en euro’s op een legale manier met de KLM naar binnen. Ook het schandaal binnen de Surinaamse Postspaarbank, SPSB, is zeker geen goed teken en geeft aan dat het binnen het bankwezen niet op goed spoor zit en dat de politisering van het bankwezen zeer ernstige vormen heeft aangenomen. Door de opeenvolgende schandalen binnen het Surinaamse bankwezen, ebt het vertrouwen in deze instellingen ook gestadig weg. We begrijpen wel dat de Centrale Bank wat positiefs wenst te presenteren in een periode dat het ene schandaal het andere opvolgt. De Centrale Bank heeft naar de mening van velen zijn controle op hetgeen zich binnen de SPSB voltrok, zeker niet op de juiste wijze uitgevoerd. In ieder geval wachten velen het onderzoek van de vermeende malversaties bij de SPSB af en is men toch nog hoopvol gestemd dat de procureur-generaal op een onbelemmerde wijze zijn werkzaamheden in deze zaak zal kunnen afronden.

More
articles