GEEN BUITENLANDSE HULP

Gisteren is de politie te Kraka in het district Brokopondo, bijgestaan door de officier van justitie, Roy Elgin, overgegaan tot de verbranding van een grote partij illegale verdovende middelen waaronder de 2344.5 kilo cocaïne die onlangs in de Dr. Jules Sedney haven in stalen vrachtcontainers tussen een grote partij rijst werd onderschept. Bij deze grootschalige drugsverbranding op het ontspanningsoord van het Korps Politie Suriname, KPS, was een select gezelschap van de pers uitgenodigd. Zoals we niet anders hadden verwacht van deze regering, was er ook dit keer geen uitnodiging uitgegaan naar onze krant. Zelfs vertegenwoordigers van de buitenlandse media werden voor deze toch meer transparante wijze van drugsvernietiging, door het KPS uitgenodigd. Een lokaal verschijnend dagblad, meldt dat een hoge politiefunctionaris heeft gemeld, dat er nog geen buitenlandse hulp bij het drugsonderzoek naar de ruim 2300 kilo cocaïne is gevraagd. Die hulp zal eventueel volgens de hoge politiefunctionaris nog worden ingeroepen. Waarom dat niet reeds is gebeurd, daar zal het korps wel zijn geëigende reden voor hebben. Wat men er wijselijk niet bij zegt, is dat buitenlandse antidrugsorganisaties er momenteel niet op gebrand zijn zeer gevoelige informatie de drugsbestrijding regarderende, te delen met bepaalde personen binnen het Korps Politie Suriname. Men heeft zo langzamerhand in het buitenland wel in de gaten who is who in het kader van de drugsbestrijding in Suriname en wie als bonafide of malafide kan worden aangemerkt. Sinds men ertoe is overgegaan bepaalde drugsbestrijdingsunits stelselmatig uit te hollen of zelfs te ontmantelen en figuren binnen het Korps Politie te muteren, is men extern uitermate voorzichtig geworden en deelt men niet graag meer informatie met elementen binnen het politieapparaat die als verdacht kunnen worden aangemerkt. Er hebben zich na de onderschepping van de duikboot in Saramacca en de vangst van de Cessna op het vliegveld van Oedit in Saramacca, opmerkelijke verschuivingen in de top van het KPS voorgedaan en dat is in het buitenland niet onopgemerkt gebleven. Wanneer er in de Dr. Jules Sedney haven tussen een exportlading rijst, 2344.5 kilo goed verpakte cocaïne wordt onderschept en er niet rap verdachten worden aangehouden en enkele dagen daarna het lijk van de als hoofdverdachte aangemerkte Nitinder Oemrawsingh op de Guyanese oever wordt aangetroffen, dan gaan er bij velen lichtjes branden dat de politie haar taak niet naar behoren heeft uitgevoerd of kan uitvoeren. Deze ontwikkelingen worden bij de buitenlandse drugsbestrijdingsdiensten, die in het recente verleden nog nauw samenwerkten met het KPS onder een andere leiding, nauwkeurig opgetekend en maken dat deze diensten kopschuw zijn geworden om nog verder informatie met het KPS te delen of intensief samen te werken. Men kan dan wel beweren dat er nog een goede samenwerking is met de buitenlandse diensten, maar wij weten wel beter. Is het bijvoorbeeld niet vreemd dat de Nederlandse justitie nog steeds niet heeft gereageerd op het verzoek van de Surinaamse justitie voor de uitlevering van de verdachte Oedit, die naar verluidt door de Nederlandse justitie is opgepakt en ingesloten? Nederland heeft er vermoedelijk veel meer baat bij Oedit daar langer vast te houden in het belang van het verkrijgen van meer inzicht in de Surinaamse drugswereld en zijn handel en wandel. Voorlopig en onder de huidige bezetting in de top van de Surinaamse politie, hoeft men er niet op te rekenen dat er een goede en diepgaande samenwerking met buitenlandse drugsbestrijdingsdiensten zal kunnen zijn. En misschien is dat ook uiteindelijk wel de bedoeling van de huidige machthebbers in dit land.

More
articles