ENORME FINANCIËLE ADERLATING

Als er niet wederom een drogreden door de regering Bouterse wordt bedacht om geen verantwoording tegenover de volksvertegenwoordiging te komen afleggen, zal De Nationale Assemblee vandaag over de Alcoa-kwestie vergaderen. Al maanden, zo niet jaren, heeft de regering Bouterse telkenmale naar uitwegen gezocht om niet precies aan De Nationale Assemblee te komen vertellen, wat ze allemaal met de Amerikaanse multinational in achterkamertjes heeft bekokstoofd, waardoor de Alcoa naar het schijnt in de gelegenheid is gesteld buiten het parlement van dit land om, de in de jaren vijftig van de vorige eeuw met Suriname overeengekomen Brokopondo-overeenkomst, open te breken. Een handeling die volgens deskundigen onwettig is en voor Suriname verstrekkende financiële consequenties heeft. Degenen die thans durven beweren dat de Suralco LLC geen significante bijdrage meer leverde aan de Surinaamse economie, zijn volksverlakkers van de eerste orde en proberen de slecht door hen gevoerde onderhandelingen met de Alcoa, zo goed als mogelijk te verdedigen en voor de Surinaamse gemeenschap acceptabel te maken. Reeds bij het vertrek van BHP-Billiton in 2009, verklaarde André Telting, governor van de Centrale Bank van Suriname, tegenover ons, dat het vertrek van BHP-Billiton uit ons land een significante financiële aderlating inhield en dat we God moesten bidden, dat de Alcoa binnen niet al te lange tijd ook dezelfde weg zou opgaan. Telting vertelde ons, dat de BHP-Billiton miljoenen dollars bijdroeg aan de Surinaamse staat en dat Surinaamse bedrijven door de zogeheten spin-off effecten groot voordeel hadden bij de operaties van die maatschappij in ons land. Het vertrek van BHP-Billiton, kwalificeerde Telting destijds als een ware ramp. Nog geen zeven jaar later gaf ook de Alcoa er de brui aan en wenst zelfs door de Brokopondo-overeenkomst open te breken en daarbij ook nog weg te komen zonder een enorme schadeloosstelling aan ons land te betalen. Alles wijst erop dat de Surinaamse onderhandelaars niet het onderste uit de kan hebben kunnen of weten te halen bij de gesprekken met de Alcoa en zij doen er momenteel alles aan, om een confrontatie in De Nationale assemblee zo lang mogelijk te ontlopen. En toch zullen ze voor de dag moeten komen met wat er allemaal voor nadeligs voor dit land is bepaald en waar we misschien zelfs onlosmakelijk aan verbonden zouden kunnen zijn. De regering Bouterse weet heel goed, dat het niet goed gaat in Suriname en dat dit land investeringen nodig heeft in de zeer nabije toekomst om uit de huidige crisis te geraken. Vooral buitenlandse investeringen die veel deviezen kunnen opbrengen, moeten het ultieme doel zijn van elke regering en dus ook voor van Bouterse. Multinationale ondernemingen tegen de haren instrijken, zou kunnen resulteren in het langdurig wegblijven van buitenlandse en vooral westerse maatschappijen. Misschien is dat de drijfveer van de regering Bouterse om in de Alcoa-Suralco kwestie niet al te dwars te gaan liggen en daarom mee te willen werken aan het beëindigen van de Brokopondo-overeenkomst. Wat de reden ook mag zijn van deze regering om zich zo op te stellen in de Alcoa-kwestie, ze zal toch uiteindelijk op de proppen moeten komen met al hetgeen ze tot nog toe in de finesses overeengekomen is met de Noord-Amerikaanse maatschappij uit Pittsburgh. Wat de regering zeker niet mag doen, is het maken van bindende afspraken met de Alcoa, waardoor onze nog bestaande bauxietvoorraden tot nader order door deze maatschappij worden gegijzeld en we daardoor in deze sector voor de komende jaren geen ontwikkeling zullen kunnen meemaken.

More
articles