Monetaire reserve met 70% toegenomen

De monetaire reserve van ons land is per 31 mei 2018 met 70 procent toegenomen ten opzichte van een maand eerder. Per eind mei be-draagt de monetaire reserve USD 761,7 miljoen, wat een stijging be-tekent van USD 313,5 miljoen, in vergelijking met de stand van USD 448,2 miljoen per eind april. Dit is de hoogste stand van onze reserve in ruim vier jaar. In juli 2014 bedroeg de reserve namelijk USD 797 miljoen.
In de volgende tabel is inzichtelijk gemaakt hoe de monetaire reserve zich in 2018 heeft ontwikkeld. Uit de tabel blijkt de relatief gelijke stand die de reserve de eerste vier maanden van dit jaar heeft gehad, waarna in mei deze met 70 procent is toegenomen.

Periode (in 2018)
Monetaire reserve (in USD mln.)
Januari
444,6
Februari
443,6
Maart
447,2
April
448,2
Mei
761,7

De USD 762 miljoen aan huidige monetaire reserves is opgebouwd uit: USD 665 miljoen foreign currency re-serves (deviezenreserve), USD 37 miljoen aan Special Drawing Rights (bijzondere trekkingsrechten bij het IMF), USD 13 miljoen voor de IMF-reservepositie en USD 47 miljoen goud (including gold deposits and, if ap-propriate, gold swapped).
Per ultimo mei bedraagt het goudvolume 36.000 of fine troy ounces. De toename per mei 2018 is toe te schrijven aan een toename van de deviezenreserve van USD 315,5 miljoen. De overige componenten van de (totale) monetaire reserve, te weten de bijzondere trekkingsrechten, IMF-reservepositie en goudreserve, hebben in mei allemaal een lichte afname gekend.

Staatsolie aflossing
De toename van USD 313,3 miljoen is het gevolg van de aflossing door Staatsolie aan de overheid per eind mei.
Door het herschikken van haar schulden heeft Staats-olie een bedrag van USD 337,5 miljoen aan schulden bij de overheid kunnen aflossen. Het ministerie van Finan-ciën had bij de aflossing medegedeeld dat het ontvangen bedrag aangewend zou worden voor verschillende financiële operaties, waaronder de afname van de buitenlandse en binnenlandse schulden, het verder inlopen van achterstallige betalingen uit het verleden, neutraliseren van de geldinflux, en op-krikken van de internationale reserves.
Parlementariër Asiskumar Gajadien (VHP) was echter van mening dat hij de besteding van dit geld ten behoeve van aanvulling van de monetaire reserve een slechte keuze vond.
Gajadien vond dat uit het geld een deel van de staatsobligatie, vanwege de lage parikoers, afgelost moet wor-den. De staatsobligatie van USD 550 miljoen is na-melijk voor een rente van 9,25 procent uitgezet op de internationale kapitaalmarkt, wat hoger is dan de gemiddelde rente die voor staatsobligaties wordt uitgegeven. Door de obligatie eerder af te lossen, zou ons land op de lange termijn minder aan rentelasten kwijt zijn. Voorts gaf Gajadien aan dat de regering in het slechtste geval deze middelen zou moeten plaatsen in het Spaar- en Stabilisatie-fonds.

More
articles